vrijdag 18 november 2016

"Trots" - een persoonlijke visie

Een slogan als "Mad Pride" roept bij velen wellicht weerstand op. Hoe kun je in vredesnaam trots zijn op je "gekte"? Voor de meeste mensen is "gekte" immers uiterst negatief beladen. "Gekte" dient immers onderdrukt te worden, het doel is toch "normaal" te zijn. Maar we kunnen niet ontkennen, dat we anders zijn. "Gekken" kunnen hun hele leven lang proberen zich aan te passen aan de overval en altijd gepropageerde "normaliteit", maar dat zorgt er dan wel voor, dat iedere dag weer een gevecht is met het keurslijf van een vaag gedefinieerde norm. Vooral niet opvallen lijkt het devies.
Zelf heb ik jarenlang geworsteld met mijn ziekte. Aan het begin van mijn "carriѐre" als psychiatrische patiënt werd mij door een hulpverlener te kennen gegeven, dat mijn diagnose betekende, dat mijn leven eigenlijk wel voorbij zou zijn en dat ik er rekening mee moest houden en er maar vrede mee moest sluiten, dat ik de rest van mijn leven in een behandelafdeling voor mensen met schizofrenie zou moeten doorbrengen. Een tijdlang heb ik dat ook daadwerkelijk geloofd, hetgeen me in een langdurige extreme depressie heeft doen belanden. Maar toen ik me daar eindelijk aan heb weten te ontworstelen, kon ik er een begin mee maken, tegen de welhaast apocalyptische prognose in toch nog iets van mijn leven te maken. Dat was zeker niet gemakkelijk en ik vecht nog iedere dag, maar ik heb wel het beklemmende gevoel, dat mijn leven inderdaad voorbij zou zijn, weten te onderdrukken.
Ik schaam me niet voor mijn ziekte. Ik heb geleerd te accepteren, dat zij een mijn leven in hoge mate mede bepaalt, maar dat ik beduidend méér te bieden heb dan het psychiatrische label zou doen vermoeden. Ik ben er eigenlijk best trots op, dat ik me aan het vernietigende oordeel, als zou mijn leven voorbij zijn, heb weten te ontworstelen. Ik ben er niet trots op, dat ik om de zoveel tijd doordraaide en de weg kwijtraak, maar ik ben er wel verschrikkelijk trots op, dat ik de weg überhaupt heb weten te vinden, een waardevol leven ondanks mijn beperkingen.
"Mad Pride" is voor mij de trots, die ik voel omdat ik mij er niet onder heb laten krijgen, dat ik nog steeds iedere dag de strijd aan durf te gaan met het vernietigende oordeel, dat mijn leven voorbij zou zijn vanwege mijn ziekte. "Mad Pride" is voor mij de trots, die ik voel, omdat ik het loodzware gevecht iedere dag weer opnieuw aanga met het vooroordeel, dat ik als psychiatrische patiënt minder waard zou zijn dan "normale" mensen. "Mad Pride" is voor mij de trots, die ik voel, omdat ik nog steeds in de spiegel durf te kijken en dan een wel degelijk volwaardig mens tegenover mij zie...

zondag 24 juli 2016

time out (3)

Voor de petitie heeft mijn vriend Ruben L. Oppenheimer één van zijn oude cartoons bewerkt...

Citaat: "Voor de petitie "Tegen de “time out”-maatregel in de "Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg”' maakte ik deze speciale variant van mijn Schippers cartoon, In het nieuwste wetsvoorstel is een maatregel opgenomen die het mogelijk maakt om "verwarde personen" die nóg geen gevaar vormen toch drie dagen op te sluiten ter observatie. Dat lijkt in strijd met de mensenrechten en daar verzet deze petitie zich tegen: https://petities.nl/petitions/tegen-de-time-out-maatregel-in-de-wet-verplichte-geestelijke-gezondheidszorg" (Quoted from here)


"Verward personen": nieuwe definitie

“Verwarde personen”, pleidooi voor een nieuwe definitie...

De term "verward persoon" zelf vind ik niet eens zo stuitend, wat mij het meest stoort is de connotatie met "gevaar", die er in ieder media-bericht over "verwarde personen" is ingeslopen. Zelfs het "Aanjaagteam" definieert "verwarde personen" aan de hand van het risico dat ze zouden representeren: "”Het gaat om mensen die grip op hun leven (dreigen te) verliezen, waardoor het risico aanwezig is dat zij zichzelf of anderen schade berokkenen."" De term "verwarde persoon" zou een nieuwe heldere definitie verdienen: "Verwarde personen" zijn mensen, die grip op hun leven (dreigen te) verliezen en ZORG EN AANDACHT behoeven."

time out (2)

Omdat het erop lijkt, alsof "onze" petitie tegen de "time out" maatregel van minister Schippers enigszins aan het doodbloeden is, lijkt het me zinvol nu eindelijk de petitie ook buiten FB beter te promoten. Om die reden heb ik een nieuwe tekst geschreven, die mensen zouden kunnen uitprinten en vervolgens op prikborden (bij instellingen) op zouden kunnen (laten) hangen. De tekst is deze:

"Petitie tegen de “time out”-maatregel in de "Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg”
We zijn een petitie gestart tegen de laatste wetswijziging van minister Schippers van de wet “verplichte ggz”, waarin ze een “time out”-maatregel wil invoeren, die het mogelijk maakt “verwarde personen”, die nog geen gevaar vormen, maar dat in de toekomst eventueel wel zouden kunnen doen, drie dagen op te sluiten ter observatie.
Let wel: voor mensen, die een gevaar vormen voor zichzelf en/of voor anderen bestaat al de mogelijkheid in de wet, om in te grijpen. Te denken is dan aan een zogeheten IBS of zelfs een “Rechterlijke machtiging”. Deze nieuwe “time out”-maatregel maakt het echter mogelijk, om iedereen, die zich “verward” gedraagt, “van de straat te plukken” en drie dagen op te sluiten ter observatie, enkel omdat er het vermoeden bestaat, dat deze persoon gevaarlijk ZOU KUNNEN worden.
Dat betekent, dat willekeurige mensen, ook zonder psychiatrische achtergrond, die “lastig” zijn, zonder al te veel nadere toelichting opgesloten kunnen worden. Wij vinden dit een kwalijke ontwikkeling en tekenen hier verzet tegen aan. Dit is een grove inbreuk op de mensenrechten en zeker ook in strijd met het met het VN Verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap dat vanaf 14 juli 2016 van kracht is in Nederland.
Als je ook vindt, dat een dergelijke maatregel te ver gaat, verzoeken we je, om de petitie mee te ondertekenen. De petitie is terug te vinden onder https://timeoutvandetafel.petities.nl/"

zaterdag 16 juli 2016

"time out van de tafel"...

Minister Schippers scherpte op 7 juli 2016 het wetsvoorstel verplichte GGz aan met een zogeheten "time out"-procedure. “Verwarde mensen” mogen drie dagen geobserveerd worden met als enige argument, dat ze gevaar op zouden kunnen leveren. Van daadwerkelijk gevaar hoeft dus nog niet eens sprake te zijn, het vermoeden, dat er eventueel gevaar zou kunnen ontstaan, is voldoende, om deze maatregel over iemand uit te spreken.
Een observatiemaatregel gaat mogelijk maken om iemand 3 dagen te observeren – en tegelijk dossieronderzoek te doen en de familie/naasten te raadplegen – wanneer er een zeer sterk vermoeden bestaat dat hij een ernstige psychische stoornis heeft en er ook een vermoeden is dat daardoor gevaar voor de persoon zelf of zijn omgeving bestaat. Zo kan de ernst van het gevaar worden vastgesteld en indien nodig alsnog een crisismaatregel worden getroffen, of een andere vorm van hulpverlening worden ingezet. Bij een observatiemaatregel is nog geen sprake van behandeling.
Het Landelijk Platform GGZ (LPGGZ) reageerde vol verbijstering op dit voorstel: “De Minister zoekt hiermee de grenzen van de rechtsstaat op om lastige burgers te kunnen opsluiten. Omwille van het beschermen van de openbare orde gaat zij hiermee voorbij aan de rechtspositie van mensen die zorg nodig hebben. Daarmee is de Wvggz in strijd met internationale verdragen, zoals het onlangs geratificeerd VN-verdrag inzake de rechten van mensen met een beperking.” Het LPGGZ vervolgt: “De maatregel nodigt uit tot willekeurige detentie van niet alleen mensen met een psychische kwetsbaarheid, maar van alle burgers in Nederland. Bovendien lost het instellen van een observatie maatregel de problemen van verwarde mensen op straat niet op.”
De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) noemde in haar reactie de voorgestelde maatregel “overbodig”, “onrechtmatig” en “oneigenlijk”. Overbodig, omdat er volgens hen al voldoende middelen bestaan, om “verwarde personen” met behulp van bestaande dwangmaatregelen aan te pakken. Onrechtmatig, omdat het strijdig is met de rechten van de mens: “alleen mensen die een ernstig gevaar vormen voor zichzelf of anderen door een psychiatrische aandoening mogen worden opgesloten.“ En ten slotte, oneigenlijk, omdat door “de koppeling van de wet verplichte ggz aan de brede groep personen die maatschappelijk overlast veroorzaken, (...) onjuist gebruik van klinische bedden in de ggz gestimuleerd” wordt. . De NVvp is ook heel helder in haar oordeel: “In het ggz-veld bestaat geen draagvlak voor dit voorstel en wij zijn dan ook ontsteld dat VWS desondanks de observatiemaatregel in het wetsvoorstel heeft opgenomen.” (http://www.nvvp.net/cms/showpage.aspx?id=2654)
Ook voorzitter van GGZ Nederland, Jacobine Geel, heeft een heel heldere afkeurende reactie: “Het heeft er toch een beetje de schijn van dat dit een soort generieke openbare ordemaatregel is, meer dan een handelings- en behandelingsperspectief en daar maken wij ons zorgen over.” (http://www.ggznederland.nl/actueel/time-out-verwarde-personen-geen-oplossing-voor-problemen)

Het lijkt inmiddels duidelijk, dat een dergelijke maatregel het probleem van de “verwarde personen” niet zal weten helpen oplossen. Maar de maatregel opent helaas ook de mogelijkheid van “willekeurige detentie” voor iedereen, die zich in Nederland afwijkend gedraagt. "Verwardheid" is niet of nauwelijks definieerbaar en de vraag, of iemand eventueel voor "gevaar" zou KUNNEN zorgen, kan ook, zonder al teveel discussie, altijd gemakkelijk met "ja" beantwoord worden . Als zodanig is dit ook zeker niet enkel relevant voor psychiatrische patiënten en hun bondgenoten, maar dient de hele samenleving zich ervan bewust te zijn, dat deze maatregel een mogelijk zeer gevaarlijke ingreep in de mensenrechten van alle Nederlanders betekent...

Er is inmiddels een petitie gestart tegen dit voorstel, die hier terug te vinden is: https://timeoutvandetafel.petities.nl




donderdag 7 april 2016

Gek 2.0

Dat ik mijzelf “gek” noem, terwijl deze term bij de meesten van mijn psychiatrische medemensen enorme weerstand oproept, baseer ik op een strategie van het “stigma management”, de “strategy of acknowledgement, referring to openly addressing one's stigma”, hetgeen de vooroordelen van de ander meteen blootlegt en in het ideale geval ook direct bespreekbaar maakt. Wie wegloopt, als ik te kennen geef “gek” te zijn, verdient het ook niet, dat ik aan hem of haar nog enige aandacht schenk. Ikzelf ben ervan overtuigd, dat “wij” de term “gek” juist zouden moeten omarmen, als een soort Geuzennaam. In dat opzicht ben ik dan ook altijd een aanhanger geweest van de zogeheten “Mad Pride”-beweging. Ik ben wie ik ben en “gek”-zijn maakt daar een belangrijk deel vanuit, maar ik schaam me er niet voor, wie ik ben, dus omarm ik de kwalificatie “gek” en probeer ik de negatieve connotaties van de term te pareren door de term al vanaf het begin van de communicatie ter discussie te stellen...

woensdag 6 april 2016

Verwarring alom

Op 1 april jongstleden verscheen het bericht, dat de ministerraad ingestemd heeft met een aanpassing van het wetsvoorstel “Verplichte GGZ” naar aanleiding van de bevindingen van de commissie Hoekstra, die ingesteld is, om de gemaakte fouten ten aanzien van de casus “Bart van U.”, de man, die onder meer Els Borst gedood heeft, te onderzoeken. Nu.nl berichtte hierover en sloot haar artikeltje af met de volgende alinea: “De belangrijkste conclusie van de commissie was dat de politie, het OM en de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) faalden bij de inschatting van het gevaar dat verwarde mensen kunnen vormen voor de samenleving.”

Het is duidelijk, dat “verwarde mensen” een gevaar “KUNNEN vormen voor de samenleving” en de casus “Bart van U.” is daar een goed voorbeeld van. Maar de algehele teneur in het publieke debat over “verwarde mensen” is volgens mij doorgeslagen in de richting van een vrijwel automatisch als “gevaarlijk” inschatten van ieder incident met “verwarde mensen”. Het stigma, als zou iedere “gek” ook automatisch een “gevaarlijke gek” zijn, treedt weer steeds sterker op de voorgrond. De publieke opinie lijkt zich wel prettig te voelen bij deze oversimplificatie, terwijl de meeste  “verwarde mensen” helemaal niet zo gevaarlijk zijn en het ergste, wat hen verweten kan worden, is, dat ze overlast veroorzaken.

Bij de benadering van het probleem omtrent “verwarde mensen” en natuurlijk ook bij de benadering van de “verwarde mensen” zelf, dienen we onze vooroordelen opzij te zetten en een helder onderscheid te maken tussen drie factoren: overlast, dreiging en gevaar. We gooien deze drie dingen namelijk maar al te gemakkelijk op één hoop en gaan er dus ook te gemakkelijk vanuit, dat iedereen, die gek doet, dan ook meteen bedreigend en gevaarlijk is. Daarmee doen we een heleboel “verwarde mensen”, die enkel opvallen en eventueel voor overlast zorgen  onrecht en zijn we er veelal zelf verantwoordelijk voor, dat relatief onschuldige overlast omslaat naar dreigende en/of daadwerkelijk gevaarlijke situaties.

Onze reactie op de overlast, die de “verwarde mens”, waar we mee geconfronteerd worden, is namelijk vaak genoeg de feitelijke reden, waarom situaties escaleren. Daarom is het inderdaad meestal geen goed idee, om de politie als eerste op een dergelijke situatie af te sturen. Dat is namelijk in de meeste gevallen pure “overkill”, waarop de “verwarde mens”  averechts kan reageren, hetgeen voor dreigende situaties en uiteindelijk zelfs daadwerkelijk gevaar kan zorgen. Het gezegde “een kat in het nauw maakt rare sprongen” lijkt hier wel van toepassing, in de wetenschap, dat de “rare sprongen” van een “verwarde mens” wel heel erg raar kunnen zijn.

Zodra de “verwarde mens” het gevoel krijgt, agressief bejegend te worden, ligt een agressieve reactie van zijn of haar kant helaas op de loer en op de hand. En dat is weliswaar niet goed te praten, maar is, zo vergeten wij nog maar al te vaak, een doodnormale menselijke reactie. Wie agressief benaderd wordt, zeker als dat in zijn of haar ogen, onterecht is, zal zelf ook vrij automatisch een agressieve houding aannemen en het is de vraag, of we de “verwarde mens” wel al te zeer kwalijk mogen nemen, dat hij of zij situaties niet juist in kan schatten, als dat nu juist deel uitmaakt van zijn of haar ziekte.

De “normale mens” is bang voor de onvoorspelbaarheid van de “verwarde mens”, maar de feitelijke dreiging, die schijnbaar van die “verwarde mens” uitgaat, zit maar al te vaak alleen tussen de oren van de “normale mens”. Onvoorspelbaarheid hoeft nog lang niet gelijkgesteld te worden aan gevaar. De vraag is dus ook of de “normale mens” situaties juist in kan schatten.

Ik pleit er dus voor om dreiging en gevaar  als twee strikt gescheiden factoren te zien. Als iemand met een samurai-zwaard staat te zwaaien, is er zeker sprake van een gevaarlijke situatie, maar al te vaak worden dreigende situaties, die bij lange na niet allemaal ook daadwerkelijk zo gevaarlijk zijn,  te snel verward met daadwerkelijk gevaar. Dat roept  dan weer een breed scala aan reacties bij de “normale mens” op, die zelf weer kunnen bijdragen tot de escalatie van de gegeven situatie. Of een situatie uit de hand loopt, ligt veelal aan de omstanders, niet alleen  aan de “verwarde mens” zelf.